Op 1 oktober 2010 is de Omgevingsvergunning in werking getreden. De belangrijkste verandering is dat de aanvrager te maken heeft met minder soorten vergunningen en dus minder procedures hoeft te doorlopen. Wanneer iemand in het verleden een vergunning aanvroeg als hij of zij wilde (ver)bouwen, kappen of gebruiken, moest hij/zij hiervoor verschillende vergunningen aanvragen.

Elke aanvraag werd apart behandeld, over elke aanvraag kreeg u apart een besluit en voor elke aanvraag had u een andere contactpersoon binnen de gemeente.

Met de omgevingsvergunning hoeven aanvragers nog maar één aanvraag bij één (digitaal) loket in te dienen, is er één procedure en één contactpersoon. Tenslotte neemt de gemeente één besluit en verleent één vergunning. Er verandert niet of nauwelijks iets aan de regels waaraan getoetst wordt of de aanvrager een vergunning kan krijgen.