Resten waterput onder Drents Museum uit 1277
Het Drents Museum staat op historische grond. Rond 1260 is, volgens historische bronnen, hier het cisterciënzerklooster Maria in Campis gebouwd. Voor die tijd stond het klooster in de omgeving van Coevorden, maar daar bleek het niet levensvatbaar. De nonnen hebben eramper 30 jaar gewoond. Uiteindelijk werd gekozen voor verhuizing naar een plaats die destijds Hassen werd genoemd, omschreven als een solitudo, een eenzame plek. Cisterciënzers zochten bij voorkeur de eenzaamheid op. Van dat oudste klooster, dat zeer waarschijnlijk in De archeologen vermoeden dat de waterput, die een diameter had van ca. 1,5 meter in 1277 of het jaar daarop is aangelegd. Hoe de watervoorziening in de jaren tussen de bouw van het klooster en het slaan van deze imposante waterput geregeld was, is onbekend. Mogelijk ging er nog een oudere waterput aan vooraf; deze heeft dan iets minder dan 20 jaar dienst gedaan.De resultaten van het onderzoek zullen gedetailleerd in de Nieuwe Drentse Volksalmanak van 2011 beschreven worden
hout opgetrokken was, rest nagenoeg niets meer. Een brand verwoestte in 1418 een groot deel
van de gebouwen. De herbouw zal geheel in steen zijn uitgevoerd.
De waterput die in de winter van 2011 tevoorschijn kwam, is onder supervisie van de provinciaal archeoloog door amateurarcheologen van de Stichting Archeologie en Monumentopgegraven, zover men van opgraven kan spreken bij een waterput die uit een betonnen wandsteekt. Door gebruik van ondergrondse bouwtechnieken is een betonnen wand dwars door de putresten heen gespoten. Dat kwam aan het licht toen al het water uit de bouwkuip wasgepompt. De inhoud van de diep ingegraven put was niet meer aanwezig, maar wel hebben deonderzoekers nog de resten van een houten wijn- of bierton aangetroffen die pal naast de waterput was ingegraven. De functie en exacte ouderdom daarvan zijn onbekend.