In de zomer van 1939 lopen de internationale spanningen zo hoog op dat de Nederlandse neutraliteit  misschien wel met de wapens verdedigd zal moeten worden. Op 28 augustus is het dan zo ver: de mobilisatie. Kort daarna breekt de oorlog tussen Duitsland en Polen uit, en daarmee de tweede wereldoorlog. Nederland hoopt, net als in 1914, buiten de oorlog te kunnen blijven. Het Duitse leger valt echter  onverwacht op 10 mei 1940 het land binnen.

Ondanks verzet op een aantal fronten  moet het leger na 5 dagen capituleren, en begint de Duitse overheersing.Hoe heeft men deze inval in onze regio ervaren? Na 1 dag vechten is de strijd in het grootste deel van het noorden voorbij. Alleen de Afsluitdijk wordt met succes verdedigd . Ondanks die ene dag strijd is ook in het noorden de verwarring groot, zodat men kan stellen dat het “gewone” leven pas in augustus 1940 weer begint.

De Duits-Joodse jongen Klaus Seckel werd ook door de oorlog verrast. Zijn ouders dachten hem veilig op een internaat bij Ommen ondergebracht te hebben . Zijn leven eindigde  begin 1945, waarschijnlijk tijdens de gruwelijke “Todesmarsch” als gevolg van de evacuatie van Auschwitz. Suanne Brandt, die Klaus’dagboek bestudeerd heeft, zal over hem spreken. Op deze studiedag willen wij stilstaan bij de gebeurtenissen in dit deel van Nederland.

drs K. Timmer spreekt over de ervaringen van dienstplichtigen uit Gieten(Drenthe). De heer Venema houdt een lezing over de oorlogsherinneringen van een schooljongen uit Oost-Groningen. Tussen deze regionale studies in zorgt dr. Schoenmaker voor een totaal overzicht van de 5 daagse oorlog in Nederland. De nadruk zal ook hier op de veldtocht in het noorden liggen.